Dromen van Damascus

Damascus is a paradise

where the stranger forgets his homeland*

Na een lange reis ga ik op audientie bij de koning van Syrie, om een brief van onze koningin aan te bieden. De afstand tussen Amsterdam naar Damascus heb ik hardlopend afgelegd, om de afstand tussen Oost en West weer tot menselijke proporties terug te brengen: vijfduizend kilometer in honderd dagen. Duizenden jaren geleden waren het de kruisvaarders die de verhoudingen op scherp stelden. Sindsdien zijn er tijden van wederzijds gedogen geweest, maar de rivaliteit tussen christendom en islam lijkt de laatste jaren opnieuw tot een diepe kloof tussen Oost en West te hebben geleid. Mijn reis is een vredestocht, met hetzelfde eindpunt als de tweede kruistocht.

Ik ben een dromer. Als kind reisde ik in mijn fantasie de wereld over, voer als de kleine kapitein over zeeën en langs eilanden. Als het stormde klom ik in de boom, hield me vast aan de zwiepende takken en stelde me voor hoe de Nooitlek de oceaan bedwong.  ‘Land in zicht!’ Aan het begin van het nieuwe schooljaar mocht iedereen voor de klas vertellen waar hij op vakantie was geweest. Voor mij geen buitenland, want de dieren thuis konden ons niet missen, maar ze moesten eens weten wat ik had meegemaakt!

De afgelopen weken waren mijn dromen een stuk betrekkelijker. Een hamstring heb je niet tot je er klachten van krijgt -net zoals een knie of een achillespees. Tenminste, je was je nooit bewust van dat onderdeel van het bewegingsapparaat. Dan ga je je opeens realiseren hoe gelukkig je jezelf mag prijzen dat je volle kracht tegen heuvels en duinen kon oprennen, op maximale snelheid rondes over de atletiekbaan kon koersen en met eindeloze duurlopen de hele Veluwe kon doorkruisen. Dan fantaseer je over die trainingen, die achter je liggen maar misschien ook wel voor je. Het hele lichaam smacht naar die manier van voortbewegen die zo uniek is voor de mens: het hardlopen. De droom bestaat dan alleen nog maar uit afwezigheid van de belemmering en de pijn.

Revalidatie suggereert een eenrichtingsweg terug naar de gezonde staat van het lichaam. Maar voor chronische blessures is de werkelijkheid vaak toch harder. In het herstel gaan dingen mis. Vooruitgang geeft hoop, hoop geeft ambitie, en die ambitie laat je in de val trappen want je ambitie heeft geen geduld. Mijn revalidatie was een aaneenschakeling van hoop en tegenslag, maar de laatste weken is er toch een duidelijke progressie. De droom van pijnloos lopen vervaagt weer omdat ze werkelijkheid wordt. Daarvoor in de plaats komen weer nieuwe dromen.

Zoals de droom van Damascus: halverwege de zomer vertrek ik om dagelijks zo’n vijfig kilometer af te leggen. Voor overnachtingen en eten neem ik geen geld mee, maar vertrouw ik op de gastvrijheid van de boeren die ik onderweg tegenkom. Misschien dat ik een kinderwagen met kampeerspullen mee neem, zoals de ultraloper Peter Rietveld die zo van Parijs naar Amsterdam liep. Of misschien krijg ik iemand zo gek mee te fietsen voor gezelschap en ondersteuning. Want Damascus is een heel eind weg.

*Abu l-Hasan Ali