De Derde Bal

Met enige schroom trok ik mijn onderbroek naar beneden. De huisarts zette zijn bril op het puntje van zijn neus en beoordeelde de bron van mijn zorgen. Ondertussen bedacht ik in stilte wie ik wel en niet op mijn begrafenis wilde hebben en welke muziek er zou moeten worden gedraaid. Die zoete gedachten werden ruw onderbroken door de huisarts die me met een bulderende stem meedeelde dat ik een derde bal had.

Een derde bal? Teelbalkanker, zul je bedoelen! Nee, het was een talgkliertje dat door het fietsen op het zadel was dichtgedrukt en dus het talg niet kwijt kon. Een typisch wielrenfenomeen, dat ook wel bekend staat als de Derde Bal. De mystiek van de Derde Bal was kennelijk één van de specialisaties van de arts, want met de passie van een wielrenfanaat vertelde hij me over hoe Joop Zoetemelk in zijn tijd gekweld werd door zijn Derde Bal. Ik bevond me als drieballige man in goed gezelschap en moest mijn Derde Bal koesteren. Als ik er echt veel last van kreeg kon hij nog chirurgisch verwijderd worden, maar alle zorgen kon ik overboord zetten.

Een hardloper met een wielrennerskwaal – hoe leg je dat uit? Toch heb ik mijn eigen begrafenis maar uitgesteld. Het uitvaartcentrum nam er genoegen mee toen ik vertelde dat de datum me erg slecht uitkwam – het zou immers van slechte smaak getuigen afwezig te zijn op je eigen begrafenis. Zoiets wordt je door familie en vrienden niet in dank afgenomen.

Leave a comment

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.